Vragen over het verzoek om infor­matie over ontwer­puit­voe­rings­han­deling D080345 van de Commissie (SANTE/10146/2022)


Indiendatum: 1 jul. 2022

Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord E-002410/2022/rev.1
aan de Commissie
Artikel 138 van het Reglement
Maria Arena (S&D), Anja Hazekamp (The Left), Eric Andrieu (S&D), Marie Toussaint (Verts/ALE), Martin Hojsík (Renew), Jutta Paulus (Verts/ALE), Cindy Franssen (PPE), Frédérique Ries (Renew), Tilly Metz (Verts/ALE)

Op 30 maart 2022 heeft het Parlement ontwerpuitvoeringshandeling D080345 van de Commissie ontvangen tot verlenging van de goedkeuringsperioden voor een aantal werkzame stoffen wegens vertragingen bij de beoordeling ervan vanwege omstandigheden waarop de aanvragers geen invloed hadden, alsook bij de lopende beoordeling van de potentiële hormoonontregelende eigenschappen van een aantal van die stoffen. Het Parlement heeft herhaaldelijk zijn ongenoegen geuit over verlengingen wanneer er gegronde bezorgdheid bestaat over de schadelijke eigenschappen van stoffen, op basis van het uitgangspunt dat deze verlengingen niet in overeenstemming zijn met de veiligheidscriteria van Verordening (EG) nr. 1107/2009.

  1. Wat zijn precies de omstandigheden waarop de aanvragers geen invloed hadden die de Commissie ertoe hebben aangezet de goedkeuringsperioden voor deze stoffen te verlengen?
  2. Voor elk van de te beoordelen stoffen: welke gegevens ontbreken er? Welke aanvullende gegevens zijn reeds opgevraagd bij de aanvragers? Over welke gezondheids- en milieuaspecten verwacht de Commissie duidelijkheid te krijgen met behulp van deze aanvullende gegevens?
  3. Wanneer verwacht de Commissie deze gegevens te zullen ontvangen? Zal er een volledige lijst van deze gegevens met vermelding van de reden voor het verzoek om deze op te vragen openbaar worden gemaakt? Wanneer zullen de beoordelingen van elke stof waarvoor om aanvullende gegevens is verzocht, afgerond zijn?

Indiendatum: 1 jul. 2022
Antwoorddatum: 8 sep. 2022

Antwoord van mevrouw Kyriakides
namens de Europese Commissie

De Commissie deelt de bezorgdheid van het Europees Parlement over de noodzaak van herhaalde verlengingen van de goedkeuringen van werkzame stoffen als gevolg van vertragingen bij de voltooiing van de wetenschappelijke beoordelingen van verlengingsaanvragen. Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1107/2009 zijn de lidstaten en de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) verantwoordelijk voor deze beoordelingen[1].

Hoewel er termijnen gelden, kunnen de lidstaten en de EFSA de aanvragers om aanvullende informatie verzoeken die zij nodig achten om de beoordeling af te ronden. De Commissie is noch betrokken bij besluiten waarbij om aanvullende informatie wordt verzocht, noch bij de vaststelling van termijnen voor de indiening ervan, noch bij de beoordeling van de verstrekte informatie.

Voor de werkzame stoffen waarop de verordening betrekking heeft, waarnaar de geachte Parlementsleden verwijzen, zijn de vertragingen waarop de aanvragers geen invloed hadden, in de eerste plaats te wijten aan vertragingen bij het uitvoeren of afronden van de beoordelingen door de lidstaat-rapporteurs en/of de EFSA[2]. Bovendien zijn in 2018 nieuwe wetenschappelijke criteria[3] voor de identificatie van hormoonontregelende stoffen van toepassing geworden, ook op reeds ingediende aanvragen, en is de EFSA gemachtigd[4] om aanvullende gegevens op te vragen om te bepalen of de stoffen dergelijke eigenschappen hebben. Het genereren van die gegevens kan tot 30 maanden duren[5].

Bovendien moest voor sommige werkzame stoffen de goedkeuring worden verlengd omdat de besluitvorming in de regelgeving in het kader van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders veel tijd vergt en niet kon worden voltooid voor het verstrijken van de goedkeuringen[6]. Voor sommige werkzame stoffen is de goedkeuring inmiddels verlengd[7].

[1] Zie de artikelen 7, 9, 11 en 12 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1) en de artikelen 8, 11, 12 en 13 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012 (PB L 252 van 19.9.2012, blz. 26).

[2] Dit is het geval voor: 2,5-dichloorbenzoëzuur, azijnzuur, aclonifen, aluminiumfosfide, aluminiumsilicaat, beflubutamide, boscalid, calciumcarbide, dodemorf, ethyleen, extract uit theeboomolie, vetdestillatieresiduen, flurochloridone, gehydrolyseerde eiwitten, ijzersulfaat, magnesiumfosfide, metam, metamitron, metazachloor, plantaardige oliën/kruidnagelolie, plantaardige oliën/groenemuntolie, proquinazid, pyrethrinen, kwartszand, sulcotrione, tebuconazool, ureum.

[3] Verordening (EU) 2018/605 van de Commissie (PB L 101 van 20.4.2018, blz. 33).

[4] Artikel 13 en 14 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 844/2012.

[5] De stoffen waarop dit van toepassing is, zijn vermeld in overweging 6 van de desbetreffende verordening: aluminiumammoniumsulfaat, aluminiumsulfaat, cymoxanil, dimethomorf, ethefon, fluoxastrobin, folpet, formetanaat, gibberellinezuur, gibberellinen, metribuzin, milbemectin, fenmedifam, pirimifos-methyl, propamocarb, prothioconazool, S-metolachloor.

[6] Dit is het geval voor: benthiavalicarb, vetzuren C7 tot en met C20 (pelargonzuur), captan, heptamaloxyloglucan, plantaardige oliën (raapzaadolie), visolie.

[7] Dit is het geval voor onvertakte vlinderferomonen en voor schapenvet.

Interessant voor jou

Vragen over de EU-beperking op het gebruik van schadelijke chemische stoffen in wegwerpluiers

Lees verder

Vragen over octopuskwekerij gepland door Nueva Pescanova in Las Palmas, Gran Canaria, Canarische Eilanden

Lees verder

Word lid

    Learn More Doneer