Opinie: Verbied de sluip­route voor plof­kippen

Gepubliceerd in Trouw op 25 oktober 2018

Een kip die in zeer korte tijd vet wordt gemest, zo omschrijft de 'Dikke Van Dale' het woord plofkip.

Tijdens een debat over het welzijn van kippen in de vleesindustrie, hadden de vertalers van het Europees Parlement het er maar moeilijk mee. 'Inflated chicken' probeerde de Engelse tolk. Zijn Duitse collega hield het op 'Luft Huhn'. Een buitenlands woord voor plofkip bestaat namelijk niet.

Dat is vreemd want in de landen om ons heen worden nog meer plofkippen gehouden dan in Nederland. Zonder een wettelijk verbod komen we dan ook niet van de beruchte 'plofkip' af.

De levensverwachting van een kip is ongeveer acht jaar. Plofkippen, eigenlijk zijn het nog maar kuikens, worden al binnen vijf weken geslacht. In die tijd zijn ze vetgemest, door hun poten gezakt en hebben ze met tienduizenden soortgenoten in een stal gestaan zonder ooit daglicht te zien.

Aanhoudende campagnes van Wakker Dier en politieke druk zorgden ervoor dat nog 'maar' zeven van de tien Nederlandse kippen in de categorie plofkip valt. Dat is nauwelijks goed te noemen, maar in elk geval beter dan in andere Europese landen. Maar liefst 95 procent van de kuikens in de Europese vleesindustrie is van snelgroeiende plofkip-rassen. Een kwart van hen wordt gehouden op de maximale bezettingsdichtheid van 21 kippen per vierkante meter en heeft minder ruimte dan een A4-papiertje zou bieden.

De Europese plofkip ligt dus nog volop in de winkel. In Nederland vaak niet meer verkocht als 'verse kip', maar verwerkt in broodbeleg, snacks of burgers van McDonalds of KFC. Dit ondanks de kritische campagnes van maatschappelijke organisaties en ondanks de weerzin bij consumenten, die de plofkip in meerderheid afwijzen.

Er is daarom meer nodig om het leed te verzachten van de zeven miljard kuikens die jaarlijks in Europa worden geslacht. Het fokken van plofkippen moet wettelijk worden verboden in heel Europa.

Oekraïne
Maar niet alleen plofkip uit Europese megastallen belandt bij ons in de winkel. Ook plofkippen van buiten de EU, met name uit Oekraïne, maken hier steeds massaler hun entree. Vaak nóg grootschaliger, nóg goedkoper en met nóg meer dierenleed geproduceerd.

Deze toegenomen import uit Oekraïne is een rechtstreeks gevolg van het Associatieverdrag dat de EU in 2017 met dat land sloot. Daardoor mag de Oekraïense plofkipindustrie elk jaar tonnen kippenvlees naar Europa exporteren tegen een gunstig importtarief van nul procent. Bovenop deze regeling misbruikten Oekraïense producenten het verdrag afgelopen jaar ook nog eens om nog meer plofkip naar Europa te exporteren dan aanvankelijk afgesproken.

Extra kwalijk is het dat de herkomst van deze Oekraïense kippen vaak onzichtbaar blijft: een in Nederland verwerkte plofkip uit Oekraïne mag als Nederlands product worden gelabeld en verkocht. Het is geen toeval dat een Oekraïense pluimveegigant, die jaarlijks 332 miljoen kippen slacht, een verwerkingsbedrijf opende in Veenendaal dat Oekraïense plofkip omtovert tot 'Nederlands' product.

Dat is oneerlijk voor consumenten en oneerlijk voor Nederlandse en andere Europese boeren. Maar de hoogste prijs wordt betaald door de dieren, die onder erbarmelijke omstandigheden zitten opgesloten in de Oekraïense megafabrieken. Er is dus naast een fokverbod ook een importverbod voor plofkip nodig.

Veel leden van het Europees Parlement toonden zich tijdens het debat, op dierendag, erg begaan met het lot van de plofkip. Vandaag stemmen zij over een verbod. Alleen een meerderheid kan ervoor zorgen dat de 'Luft Huhn' of de 'inflated chicken' niet in buitenlandse woordenboeken terecht hoeven te komen.

Anja Hazekamp, lid Europees Parlement voor de Partij voor de Dieren